Infoplaatje

  Boomklever
Wetenschappelijke naam : Sitta europaea        
Nederlandse benamingen :  

English : Nuthatch
Français : Sittelle torchepot
Deutsch : Kleiber
 

Taxonomische indeling

Rijk : Animalia Dieren
Stam : Chordata Chordadieren
Klasse : Aves Vogels
 
Orde : Passeriformes Zangvogels
Familie : Sittidae Boomklevers
Geslacht : Sitta  
     
    Linnaeus (1758)
   
Vindplaats :

Fotohut Glen Vermeersch
Kalmthout - België

Datum : 30 october 2019
           
Omschrijving :

De boomklever (Sitta europaea) is het enige lid van de familie boomklevers (Sittidae) in de Benelux. Boomklevers zijn de enige vogels die met evenveel gemak zowel omlaag als omhoog langs een boomstam bewegen. De boomklever kan met de kop omlaag naar beneden klimmen en daarin onderscheiden ze zich van spechten en boomkruipers die alleen omhoogklimmen langs boomstammen. Bovendien gebruiken spechten hun staart om op te steunen en dat doet de boomklever niet.

De boomklever is een enigszins gedrongen en actieve vogel met een krachtige puntige snavel. Hij is vrijwel in geheel Europa een tamelijk algemene standvogel. De opvallende en helder klinkende roep is vaak de eerste aanwijzing van zijn aanwezigheid. In de winter is hij een geregelde bezoeker van tuinen waarin pinda's worden aangeboden.

De boomklever is de enige inheemse vogel die zowel naar boven als naar beneden (dus met de kop naar omlaag) kan klimmen. In tegenstelling tot spechten en boomkruipers gebruiken boomklevers hun staart niet als steun. Boomklevers hebben een korte staart maar stevige, korte poten met relatief lange tenen en lange nagels waardoor ze een goede grip hebben op boomschors. Vooral de zeer lange klauw aan de achterteen is hierbij van belang. Ze wandelen over de boomschors waarbij ze zich afwisselend met de ene of de andere poot blijven vasthouden. Spechten en boomkruipers klimmen schoksgewijs waarbij er altijd een moment is dat ze beide poten tegelijk loslaten.

 
 
 
   
Geluid : HIER klikken   Een helder fluitend 'twiet-twiet-twiet' en een meesachtig 'tsit'. Bij opwinding een schel trillend 'tirr'. De zang is een luid 'tuwiehe-tuwiehe', ook wel omschreven als een kwelend 'tu-tu-tu' (dat enigszins aan de zang van een nachtegaal doet denken). Deze zang gaat over in 'kwie-kwie' en haastig 'twet-twet-twet'. Aan zijn zang kan de boomklever eenvoudig worden herkend.
Naamgeving :

Sitta is een klanknabootsend woord, naar de lokroep die klinkt als 'siet'.

Het feit dat de Boomklever bij het maken van zijn broedplaats de nestingang met klei of modder zodanig aansmeert dat hij er nog net door kan, leidde tot zijn naam.

Sitta, het eerst deel van de wetenschappelijke naam van de boomklever, is afgeleid van het Griekse sittē en betekent spechtachtig. De boomklever heeft met zijn krachtige snavel en boomkruipend gedrag inderdaad veel weg van een minispecht.

   
  Bron : Wikipedia