Bomen en struiken    
   
  Bomen en struiken zijn planten met verhoute stammen. Bij een boom is er meestal één stam , bij een struik kunnen er ook meer zijn.
Een struik bereikt zelden een hoogte van meer dan 5 meter. Een boom die tot de grond wordt afgezaagd, vormt ook vaak verschillende nieuwe stammen en kan er zo een aantal jaren struikachtig uitzien.
 
De meeste soorten bomen en struiken behoren tot de bloeiende planten of bedektzadigen. Hun levenscyclus is vergelijkbaar met die van kruidachtige planten , behalve dan dat ze gewoonlijk langer leven. Ze vormen bloemen en deze leveren na bestuiving en bevruchting zaden die in een vrucht zijn opgesloten.
Daarnaast zijn er bomen en struiken die tot de naaktzadigen behoren. Zij vormen kegels waarin de zaden op het vruchtblad liggen (naakt - niet bedekt dus)
Vanwege deze kegels worden ze ook kegeldragers of coniferen genoemd.
 
 

Bomen zijn net als mensen;
ze ademen, eten, drinken en slapen
ze kunnen ziek worden en doodgaan
maar er zijn een paar verschillen
de mensen kappen bomen
maar de bomen kappen geen mensen
de mensen kunnen niet zonder de bomen
maar de bomen wel zonder de mensen.

 

De hoogste boom ter wereld is een Sequoia sempervirens, genaamd Hyperion naar een Griekse mythologische figuur. Hij is maar liefst 115,72 m meter hoog! Deze enorm hoge boom werd pas in augustus 2006 ontdekt en opgemeten in een afgelegen gedeelte van het Redwood National Park, Californië door de bomenmeters Chris Atkins en Michael Taylor. De eerste voorlopige metingen werden uitgevoerd met behulp van professionele laser- en meetapparatuur gebaseerd op de driehoeksmeetkunde.
In september 2006 werd de boom door professor Steve Sillett hermeten op de meest nauwkeurige manier: hij klom helemaal tot in de top van de boom om van daaruit een meetlint neer te laten. Van deze beklimming werd een reportage voor National Geographic gemaakt.
         
Voor meer informatie
over een boom of struiksoort
- Klik op -

Infoplaatje